Gisteren was het de vierde zondag van Advent. Die zondag is genoemd naar de Latijnse tekst van Jesaja 45: Rorate Caeli, dauw hemelen.
Hemel, laat gerechtigheid neerregenen,
laat haar neerstromen uit de wolken,
en laat de aarde zich openen.
Laten hemel en aarde redding voortbrengen
en ook het recht doen ontspruiten.
Hemel laat gerechtigheid als zachte regen – ook wel vertaald als dauw – neerkomen. In de vroege morgen, aan het eind van de nacht ligt er dauw op de velden, de zon glinstert in de druppels.
Zo komt God tot ons.
Niet met een donderbui denk ik dan.
Hoe graag we dat soms ook zouden willen.
Maar de aarde moet die gerechtigheid wel willen ontvangen.
Wij moeten God willen ontvangen in ons leven, in ons hart.
Een Noors kerstlied bezingt dat mysterie:
Kom in mijn hart en woon er,
het is geen vreemde plek.
Uzelf hebt mij veroverd,
blijf in mij toegedekt.
Ik ben met ziel en zinnen
geopend, wonderstil.
Kom wikkel U heer Jezus
in diepten van mijn ziel.
Lied 480 vers 1
Klik hier om de uitzending te beluisteren op Radio Bloemendaal.
Foto: Jaap van Werkhoven